De kweek met grijs
Het kweken met grijze kleurgrasparkieten.
De liefhebbers die regelmatig naar tentoonstellingen gaan kijken of zelf meedoen komen de laatste jaren deze mooie kleurslag meer en meer tegen. De vogels worden ingeschreven onder één algemene noemer “grijs”. Persoonlijk vind ik dit jammer omdat je net zoals bij de andere normale kleurslagen deze grijze ook hebt met één of 2 donker factoren.
Het kweken van grijze kleurgrasparkieten is eigenlijk heel toevallig gekomen. Toen ik in 2017 de volledige stam van een bevriend kweker overnam zaten daar ook een paar grijze en grijsgroene vogels tussen. Eigenlijk had ik daar niet echt plannen mee maar gelukkig heb ik geopteerd om er toch eens mee te kweken met als gevolg dat ik nu een hele ploeg grijze en grijsgroene heb zitten die vrij goed zijn. Wanneer ik zelf wedstrijden bezoek gaat mijn aandacht dan ook uit naar deze mooie kleurslag. Ik kom dan ook vele grijze vogels tegen waar ik van denk “is dit nu het grijs dat je wilt kweken?”
De vererving van grijs.
(Australisch) Grijs is een populaire kleurslag uit de blauwserie. Deze kleurslag wordt veroorzaakt door een totale verandering van de inwendige structuur van de baarden waardoor het strooieffect, zoals we dat kennen bij de groene en de blauwe, niet optreedt. Grijs vererft onafhankelijk t.o.v. de andere kleuren. Je moet dus een grijze in de kweek zetten om grijze te kunnen kweken. Splitten kweken bestaat hier niet.
Er zijn heel veel liefhebbers die beweren dat ze een grijze gekweekt hebben uit 2 D blauwe. Dit kan niet. Men spreekt hier dan over een DD blauwe waarvan de borstkleur soms echt aan de grijze kant is en waar je het verschil alleen gaat zien door de staart en wangvlek. De staart bij een grijze is altijd zwart en de wangvlek grijs of grijsblauw. Bij een DD blauwe is de staart heel donkerblauw en de wangvlek violet.
Hoe kweek je nu het beste met grijs.
Om grijs en grijsgroen te kweken moet je altijd in het bezit zijn van kwalitatief goede groene, blauwe, grijze en grijsgroene vogels zonder donkerfactoren, violet of allerhande mutaties die innerlijk (wetende) aanwezig zijn. Het hangt natuurlijk van iedere liefhebber af wat hun doelstelling is. Een mooie grijze of grijsgroene die op punt staat kan je gebruiken om heel mooie mutaties te kweken zoals grijsvleugel grijs, pallis grijs, fallow grijs enz… Ik raad de kwekers dan wel aan om x aantal lijnen zuiver aan te houden anders heb je binnen een aantal jaren een kakofonie van kleurballen in uw nesten liggen.
Ik ga eerst starten met het uitleggen van de donker factoren.
Het verschil tussen grijs en D grijs is met het oog nauwelijks zichtbaar en dan ook te verwaarlozen. Daarentegen zie je het verschil van deze 2 eerst vernoemden en DD grijs heel duidelijk. DD grijs is heel donker en bij mij dan ook heel toevallig op het hok verschenen door onwetend 2 D grijze tegen elkaar te zetten. Mijn voorkeur gaat dan ook uit naar DD grijs omdat ik deze kleur zo mooi vind. Beide kleurnuances ga je dan ook steeds tegenkomen op mijn hok.
Als 2 de punt wil ik aanhalen dat je ook EF en DF grijs hebt. Dit is te herkennen aan de wangvlek.
- EF grijs: blauwgrijze wangvlek
- DF grijs: grijze wangvlek
- DF grijs heeft niks te maken met de donker factoren.
Dit is heel interessant om te weten wanneer je uw koppels op papier gaat samenstellen.
Welke kleurslagen mag je gebruiken voor het kweken van grijs?
- Groen zonder violet voor de grijsgroene
- Zeer strenge selectie hierop
- Blauw zonder violet voor de grijze.
- Zeer strenge selectie hierop.
Ik gebruik geen groen of blauw met één of twee donker factoren om de verspreiding van violet binnen mijn grijze stam te vermijden.
Het is voor mij helemaal uit ten boze om violet te gebruiken bij de kweek van grijs of grijsgroen.
Je krijgt een heel andere kleur dan je zou willen. Eens het violet erin zit moet je maar eens proberen het er terug uit te krijgen. Geen lachertje hoor.
Het samenstellen van de kweekkoppels.
Mijn doelstelling is al jaren om volledige grijze vogels te kweken. Soms zie je hier en daar nog wat blauw verschijnen (vooral op de rug). J. Vanderlinden schreef hierover in zijn boek grasparkieten dat dit te maken heeft met een foutje in de structuur van de pluim. Ik ga hier niet verder over uitweiden daar dit onderwerp stof kan zijn voor een eventueel volgend artikel.
Welke combinaties gebruik ik tijdens de kweek.
- Koppel 1: grijs EF x blauw
- Te verwachten jongen 50% grijs EF en 50 % blauw
- Koppel 2: grijs EF X grijs EF
- Te verwachte jongen 25% blauw, 50% EF grijs en 25% DF grijs
- Koppel 3: grijs DF x grijs EF
- Te verwachten jongen 50% EF grijs en 50 % DF grijs
- Koppel 4: grijs DF x grijs DF
- Te verwachten jongen 100% DF grijs
- Koppel 5: grijs DF x blauw
- Te verwachten jongen 100% EF grijs
Deze paringen kun je zelf aanvullen met vogels die beschikken over één of twee donkerfactoren.
Je kan in bovenstaande tabel grijs en blauw vervangen door grijsgroen en groen.
De ervaren kwekers onder jullie gaan opmerken dat je over meer dan 1 lijn grijze of grijsgroene moet beschikken om zo DF grijze of grijsgroene te kunnen kweken. Ik heb ervoor gezorgd dat mijn 2 grijsgroene lijnen split zijn voor blauw. Ik kan dan perfect een grijsgroene tegen een grijze zetten en dan zijn de verwachtingen dat ik beide kleurslagen DF in het nest mag verwachten veel groter. Dit is voor mij een win, win situatie.
Voor de liefhebbers die na het lezen van bovenstaande artikel zin hebben gekregen om deze mooie kleurslag te kweken wens ik via deze weg heel veel succes toe en weet vooral dat mijn deur steeds open staat voor meer informatie en raad.
Stefan Vanleeuw